'Er zijn nog nooit zoveel fietsers geweest in Brussel, maar toch zijn het er nog te weinig'
Bianca Debaets
Vandaag begint de zogenaamde week van 'de zwakke weggebruiker'. Vele zinvolle acties voor fietsers en voetgangers worden op touw gezet. Toch is het goed eens kritisch naar de termen te kijken. Zong Boudewijn De Groot niet retorisch: "Hoe sterk is de eenzame fietser die krom gebogen over zijn stuur tegen de wind, zichzelf een weg baant"? Ik noem het liever de sterke weggebruiker. Het lijkt semantiek maar dat is het bijlange niet. Zeker bij regenachtige dagen vraagt het moed en energie om met de fiets of te voet, door weer en wind naar school, naar kinderopvang en naar het werk te gaan. Maar vaak is de fysieke inspanning van fietsen gewoon leuk en ontspannend. Waarom noemen we hen dan de 'zwakke' weggebruikers?
Omdat ze kwetsbaar zijn natuurlijk. Op de onvoorspelbare weg tegenover een stalen tank die onvoorzichtig in de bocht gaat, de pinkers niet gebruikt of te snel rijdt. Het perfide aan het woord 'zwak' is dat het ook de zweem suggereert van geiten-wollen-sokken en softies. Maar noemen we Tom Boonen of Greg Van Avermaet ook 'zwakke' weggebruikers? Nee toch? Is het sterk om je auto te nemen naar de bakker voor een rit van 600 m? In Vlaanderen gebeurt 53 procent van al de verplaatsingen met de wagen. In 2008 was dat nog 47 procent. Men noemt België wielergek, maar nu moeten we meer en meer ons land en onze steden fietsgek maken en van de fiets de voor de hand liggende keuze maken. Van kneusje fiets naar koning fiets.
Want fietsen is gezond, goed voor de planeet, voor onze mobiliteit én goed voor onze economie en kleine handel. De British Medical Journal publiceerde dit jaar een spraakmakende studie over de correlatie tussen ons pendelgedrag en onze gezondheid, met meer dan 200.000 deelnemers, over 5 jaar. Wat bleek? Fietsers liepen de helft minder risico op hartziekte, en hun kans op kanker daalde met 45%. Ook wandelaars liepen trouwens veel minder risico op hartziekte. Fietsen biedt ook voordelen voor werkgevers: werknemers die naar het werk fietsen zijn gemiddeld bijna anderhalve dag minder afwezig door ziekte dan de anderen. Het lijkt op zich niet zoveel, maar geëxtrapoleerd voor alle werknemers die met de fiets gaan, komt dat op Europees vlak neer op maar liefst 4,5 miljard euro.
Wie zijn binnensteden en kleine handel wil herwaarderen, plaveit best ook de weg voor de fietsers, die maar liefst 111 miljard euro binnen de EU spenderen aan shopping en consumptie (de welverdiende dorstlesser tussendoor). Als we Europees het aantal fietsers zouden verdubbelen, levert dat maar liefst 27 miljard euro extra op. Hoe komt dat? In tegenstelling met wat veel winkeliers denken, zijn fietsers ook goed voor handelaars: autobestuurders spenderen meer per bezoek, maar ze shoppen minder vaak, en fietsers shoppen altijd lokaal en zijn meer loyale klanten. Wat wil je nog meer?
In Brussel hebben we de voorbije jaren mooie stappen vooruit gezet, met maar liefst 30% meer fietsers in 2016. Er zijn nog nooit zoveel fietsers geweest in Brussel; toch zijn het er nog te weinig. Daarom hebben we de dertig zwarte punten waar het meest risico op verkeersongevallen is gecategoriseerd en pakken die nu één na één aan. Via Pinger, de app mee opgezet door Mobiel 21, bieden we de gelegenheid aan fietsers om gevaarlijke momenten en situaties door te geven, 'te pingen', wat we dan later kunnen corrigeren met campagnes en infrastructuurwerken. Dat is een vorm van empowerment. Elke fietser heeft het ooit meegemaakt: dat een autochauffeur je in een levensgevaarlijke situatie duwt, en hij/zij het zelfs niet merkt. Dat is soms angstaanjagend en vaak enorm frustrerend: via Pinger kunnen we nog beter de vinger aan de pols houden voor een beter fietsbeleid. Met de Brusselse regering voorzien we maar liefst 80 km afgescheiden fietspaden, waar onder de belangrijke verbinding langs de ring.
Maar, ik geef het toe, we hebben in Brussel nog een lange weg af te leggen. Een Ukkelse schepen deed zelfs een poging om fietsers een schuldcomplex aan te praten: "Fietsers worden gebruikt als menselijke obstakels om de vlotte doorstroming van het autoverkeer te verhinderen. Bestuurders raken geïrriteerd en het risico op ongelukken neemt toe. En eenmaal de fietser uitgestrekt en bebloed op de grond ligt omdat hij de wegcode niet heeft gerespecteerd, is het de bestuurder die gelyncht wordt."
Er zijn zowel bij fietsers als autochauffeurs mensen die de verkeerscode overtreden maar laat ons de rollen niet omdraaien: fietsers krijgen momenteel een piepklein plekje op de openbare wegen, ook al is het maatschappelijke en economische rendement van fietsen veel groter, en ze zijn heel vaak het slachtoffer van een ongeval en niet de veroorzaker. Dat maakt ze niet zwak, maar net sterk en dapper. Gun dus de ruimte aan deze sterke weggebruikers en onze maatschappij en economie zal er alleen maar wel bij varen.