Brussels parlementslid Bianca Debaets (CD&V) reageert geschokt op de laffe daad van homohaat die VRT-journalist Riadh Bahri deze ochtend overkwam. Bahri werd deze ochtend door een voorbijganger aangevallen toen hij zijn hond aan het uitlaten was en noemde de feiten ‘een typische ochtend in Brussel.’ Voor Debaets is de boodschap duidelijk: “We mogen als samenleving niet langer tolereren dat je aangevallen wordt omdat je iemand graag ziet.”
Voor Bahri was het jammer genoeg niet de eerste keer dat hij geconfronteerd werd met homohaat. Deze ochtend werd hij geslagen en geschopt door een voorbijganger die de weg vroeg, waarna ook zijn ketting werd gestolen. Het ontlokte hem de cynische uitspraak dat het ‘een typische ochtend in Brussel’ was, maar voor Brussels parlementslid Bianca Debaets is de maat meer dan vol.
“Het is simpelweg onaanvaardbaar dat we dit een ‘gewone ochtend’ moeten noemen”, stelt Debaets, die tijdens de vorige legislatuur als Brussels Staatssecretaris bevoegd was voor Gelijke Kansen. “Tegen dit soort incidenten moeten we zo hard mogelijk optreden. Iedereen heeft het recht om zich veilig in de openbare ruimte te begeven. We mogen als samenleving niet langer tolereren dat je aangevallen wordt omwille van je geaardheid.”
Gesprekken met homoseksuele peters en meters
Nog volgens Debaets zullen de klassieke middelen niet volstaan om homohaat een halt te kunnen toeroepen. “Met klassieke sensibiliseringscampagnes en affiches in het straatbeeld gaan we deze problematiek helaas niet kunnen uitbannen. Via scholen, jeugdverenigingen, sportclubs en dergelijke meer moeten we ervoor zorgen dat dit onderwerp overal op de agenda geplaatst wordt, zodat we iederéén van de juiste boodschap kunnen overtuigen.”
“Op die manier kunnen we werken aan een brede mentaliteitsverandering, die we niet kunnen behalen door louter en alleen te gaan straffen”, besluit Debaets. “Daarom ben ik ervan overtuigd dat we daders van homohaat niet enkel een duidelijke straf moeten opleggen, maar hen ook een homoseksuele peter of meter moeten toewijzen waarmee ze in gesprek kunnen gaan over andersgeaardheid en vooroordelen. Zo kan de kennis over het onderwerp uitgebreid worden, zodat die peters en meters hopelijk op termijn niet meer nodig zijn.”
Komentarze